De 3 grootste misverstanden over een arbeidsongeschiktheidsverzekering

Ongeveer 1 op de 5 zzp’ers verzekert zich tegen arbeidsongeschiktheid (AOV). De rest neemt het risico op de koop toe. Men denkt vaak: “Een arbeidsongeschiktheidsverzekering afsluiten? Onzin!’’. Het wordt gezien als duur en onzinnig, want welk risico loop je nou eigenlijk? Dit beeld is onterecht. Er bestaan namelijk nogal wat misverstanden rondom zzp verzekeringen.

Ongeveer 1 op de 3 zelfstandigen mét personeel verzekeren zich tegen arbeidsongeschiktheid. Net als bij de ZZP-er verzekert ook hier het grootse deel zich dus niet, ondanks het risico dat je loopt als je de verantwoordelijkheid draagt over je personeel. De bezwaren die ondernemers tegen een arbeidsongeschiktheidsverzekering hebben zijn vaak ongegrond.

Wat zijn de meest voorkomende misverstanden?

1. ‘‘De verzekeraar betaalt toch niet uit’’
De medisch adviseur van de verzekeraar bepaalt of je arbeidsongeschikt bent of niet. Hij gebruikt daarvoor de informatie die jij zelf aanlevert, bijvoorbeeld de informatie van de huisarts. De arbeidsdeskundige bepaalt daarnaast de mate waarin je arbeidsongeschikt bent. In verreweg de meeste gevallen keert de verzekeraar gewoon uit. Maar soms komt het niet tot een uitkering: Dit kan voorkomen als bijvoorbeeld de verzekerde al beter is vóórdat zijn wachttijd om is. Het kan ook zo zijn dat de verzekerde zijn premie niet betaalt, of bij zijn aanvraag niet eerlijk is geweest over zijn ziekteverleden. Gelukkig komt dat laatste maar weinig voor.

ZZP verzekering

2. ‘‘Een AOV nemen is zonde, want je loopt nauwelijks risico’’
Men denkt vaak dat als je bijvoorbeeld iedere dag werk achter de computer verricht, je nauwelijks kans loopt om arbeidsongeschikt te worden. Dat is een misverstand. Veel gevallen van arbeidsongeschiktheid zijn namelijk van psychische aard. Ook in de veilige omgeving van een kantoor of je eigen werkplaats kun je dus arbeidsongeschikt worden. En vergeet niet, dat je ook bijvoorbeeld geblesseerd kunt raken tijdens het uitoefenen van je hobby. Skiën, voetballen, hardlopen, klussen in en om het huis: een ongeluk zit in een klein hoekje. Als dit jou overkomt zorgt je AOV ervoor dat je niet zonder inkomen komt te zitten.

3. ‘‘Een AOV is veel te duur’’
Een AOV hoeft helemaal niet duur te zijn. Hoeveel kost een AOV? Vraag het aan iemand die niet is verzekerd en de kans is groot dat diegene een hoger bedrag noemt dan de werkelijke kosten. De hoogte van de premie heb je zelf in de hand. Je kunt ervoor kiezen om een langere of kortere wachttijd te nemen, of voor een hoger of lager verzekerd bedrag. Daarnaast speelt je beroep een rol; een metaalbewerker betaalt meer premie dan een binnenhuisarchitect, omdat een metaalbewerker nou eenmaal meer risico loopt in zijn beroep.

Voor wie is een AOV relevant?
Een AOV is relevant voor iedereen die géén beroep kan doen op een overheidsvoorziening als hij ziek wordt. Oftewel: alle ondernemers! Daarnaast gaan verzekeraars verder dan alleen uitbetalen. Denk aan preventiediensten en begeleiding om ziekte te voorkomen of zoveel mogelijk te bekorten. Ook al zorgt je AOV voor inkomen als het nodig is: je wilt als ondernemer natuurlijk zo snel mogelijk weer aan de slag!

AOV feiten

  • ZzP’ers die in de landbouw, bouw of financiële dienstverlening werken verzekeren zich het vaakst. De minste AOV’s worden gesloten door zzp’ers die werken in onder meer de sectoren vervoer, recreatie, cultuur, horeca en handel in onroerend goed.

  • Zzp’ers met een hoger inkomen verzekeren zich vaker. Ligt het inkomen tussen € 10.000,- en € 20.000,-? Dan verzekert 10% zich. Bij meer dan € 50.000,- is dat 46%.

  • Vrouwelijke zzp’ers verzekeren zich minder vaak dan mannelijke zzp’ers

Bron: CBS